direct naar inhoud van 3.4 Flora en fauna
Plan: Buitengebied, wijziging Vinkwijk 5
Status: ontwerp
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1955.wplgbgbalgvinkwyk5-on01

3.4 Flora en fauna

3.4.1 Algemeen

Bij ruimtelijke ontwikkelingen moet rekening gehouden worden met de aanwezige natuurwaarden in en om het plangebied. Voordat ontwikkelingen mogen plaatsvinden, dient eerst een onderzoek uitgevoerd te worden in het kader van de Natuurbeschermingswet (gebiedsbescherming), de Flora- en faunawet (soortenbescherming) en eventuele andere betrokken natuurregelgeving.

Onderzoeksbureau Econsultancy heeft in opdracht van de initiatiefnemers een quickscan flora en fauna uitgevoerd aan de Vinkwijk 5 te Zeddam in de gemeente Montferland (zie bijlage 4)6. Dit onderzoek is uitgevoerd in het kader van voorgenomen wijziging van het bestemmingsplan ter plaatse in relatie tot de Flora- en faunawet en overige vigerende natuurwetgeving.

Voorgenomen ingreep

Met behulp van een bestemmingsplanwijziging zal de bestaande situatie, waarbij een van de schuren wordt verhuurd aan een kleine aannemer/timmerbedrijf, worden gelegaliseerd door de bestemming op het adres Vinkwijk 5 te wijzigen van 'Agrarisch' naar 'Werken'. Uit het quickscanrapport komt verder naar voren dat de initiatienemers van plan zijn de mestkelder te verwijderen.

Waarnemingen en te verwachten soorten

De beplanting op de onderzoekslocatie biedt onderkomen aan algemene broedvogels. Het gebruik van de onderzoekslocatie door steenuil is niet uit te sluiten. De woonboerderij wordt gebruikt als roestplaats van een torenvalk. Een deel van de bebouwing is geschikt als verblijfplaats van vleermuissoorten zoals de gewone dwergvleermuis, laatvlieger en gewone grootoorvleermuis. Het habitat op de onderzoekslocatie is geschikt voor steenmarter. Van de soort zijn oude sporen aangetroffen. Mogelijk dat zich in de niet geïnspecteerde delen van de onderzoekslocatie een vaste rust- of verblijfplaats bevind. Voor de overige soorten uit de verschillende soortgroepen vormt de onderzoekslocatie geen geschikt habitat of zijn deze op grond van bekende verspreidingsgegevens of het ontbreken van verblijfsindicaties niet te verwachten.

Maatregelen ter voorkoming van overtreding van de Flora- en faunawet

Er vinden door of vanwege de bestemmingswijziging geen ingrepen plaats die zouden kunnen leiden tot overtreding van de Flora- en faunawet, aangezien er sprake is van voortzetting van het huidige/bestaande gebruik. Het eventueel verwijderen de mestkelder zal niet tot overtreding van de Flora- en faunawet leiden. Mocht er in de toekomst sprake zijn van ingrepen zoals sloop en verbouw dan zijn er mogelijk wel maatregelen noodzakelijk om overtreding ten aanzien van vleermuizen, broedvogels of steenmarter te voorkomen. De zolderruimte boven de timmerwerkplaats is voor vogels en vleermuizen bereikbaar via een kapot raam. Het vervangen van het raam kan er toe leiden dat er overtredingen van de Flora- en faunawet plaatsvinden.

Algemene zorgplicht

Voor algemeen voorkomende grondgebonden zoogdieren en amfibieën geldt de algemene zorgplicht, die er ondermeer in voorziet dat al het redelijkerwijs mogelijk dient te worden gedaan om het doden van individuen te voorkomen. Er zijn in het kader van de algemene zorgplicht geen speciale maatregelen nodig.

Gebiedsbescherming

De EHS zal niet worden aangetast door de bestemmingswijziging van de onderzoekslocatie. Externe werking op overige beschermde natuurgebieden (Natura 2000) is niet aan de orde.

Noodzaak tot nader onderzoek

Nader onderzoek naar het voorkomen van verschillende soortgroepen wordt bij continuering van het huidige/bestaande gebruik niet noodzakelijk geacht. Indien er in de toekomst sprake is van sloop of verbouw, of het vervangen van het raam op de zolder van de timerwerkplaats, dan zal nader onderzoek moeten uitwijzen of er sprake is van aanwezigheid van vleermuizen, steenuil of steenmarter op de onderzoekslocatie.

Noodzaak aanvraag ontheffing Flora- en faunawet artikel 75c

Ontheffingsaanvraag voor overtreding van verbodsbepalingen in de Flora- en faunawet ten aanzien van het verstoren van vaste rust- en verblijfsplaatsen is niet aan de orde.

Conclusie

Op basis van de quickscan flora en fauna zijn er (vanuit de Flora- en faunawet en overige vigerende natuurwetgeving) geen belemmeringen voor de voorgenomen wijziging van het bestemmingsplan in het plangebied.