Plan: | TAM-omgevingsplan Lengel, woningbouw de Lakermaat |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 |
Pre-ambule
Dit TAM-omgevingsplan is gericht op het faciliteren van een gebiedsontwikkeling op de locatie Lengel, woningbouw de Lakermaat en vormt juridisch een nieuw hoofdstuk (hoofdstuk 22e) van het omgevingsplan van de gemeente Montferland. Dit hoofdstuk is op grond van artikel 11.1, tweede lid, van het Besluit elektronische publicaties, bekend gemaakt en digitaal beschikbaar gesteld met de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl. Het is met deze landelijke voorziening niet mogelijk dit hoofdstuk conform de juridische vormgeving van het omgevingsplan in STOP-TPOD beschikbaar te stellen.
De in dit op https://www.ruimtelijkeplannen.nl uitgegeven deel van het omgevingsplan (hierna: dit deel) weergegeven hoofdstukken moeten gelezen worden als paragrafen van hoofdstuk 22e van het omgevingsplan van de gemeente Montferland. In de artikelkop van de in dit deel weergegeven artikelen moet na het woord 'Artikel', na de spatie en direct voor het artikelnummer '22e' gelezen worden. In de kop van de bijlagen bij het in dit deel weergegeven hoofdstuk moet na het woord 'Bijlage', na de spatie en direct voor het nummer van de bijlage '22e' gelezen worden.
Dit plan wijzigt het omgevingsplan gemeente Montferland in die zin dat na hoofdstuk 22 een hoofdstuk 22e Lengel, woningbouw de Lakermaat wordt ingevoegd, bestaande uit de regels van dit plan.
De besluiten op grond van artikel 22.1, onder a, van Omgevingswet zijn niet van toepassing voor zover het gaat over regels opgenomen in een besluit als bedoeld in artikel 4.6, eerste lid, onder a, b, c, g, h, i, j, k, l of m, van de Invoeringswet Omgevingswet op de locatie, bedoeld in 1.4.
De regels in afdeling 22.2, met uitzondering van de regels van paragraaf 22.2.7.3, en afdeling 22.3 zijn niet van toepassing voor zover die regels in strijd zijn met regels in dit plan.
De regels in dit hoofdstuk 22e zijn van toepassing op de locatie Lengel, woningbouw de Lakermaat, waarvan de geometrische bepaalde planobjecten zijn vervat in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01.
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling, zijn van toepassing op dit plan.
Het TAM-omgevingsplan Lengel, woningbouw de Lakermaat hoofdstuk 22e omgevingsplan Montferland met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 van de gemeente Montferland.
De geometrisch bepaalde planobjecten zoals vervat in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak dat is aangewezen voor een gebruiksdoel.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
de grens van een locatievlak.
Een gevel van een gebouw aan de tegenovergestelde zijde van de voorgevel.
Onderzoek (bureauonderzoek en/of boren en/of geofysisch onderzoek en/of graven en/of begeleiden) verricht door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het College voor de Archeologische Kwaliteit (CvAK/SIKB), beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 39 MW en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
De oppervlakte van de bebouwing binnen het bebouwingsvlak of, bij afwezigheid daarvan, het bestemmingsvlak, uitgedrukt in een percentage van de oppervlakte van dat vlak.
Een kleinschalige overnachtingsaccommodatie in een woning, gericht op het bieden van een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt, waarbij de bed and breakfast ondergeschikt is aan de hoofdfunctie.
Een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, beroepen aan huis daaronder niet
begrepen.
Een bedrijf dat in een (gedeelte van) of bij een woning wordt uitgeoefend en dat is gericht op het vervaardigen van producten en/of het leveren van diensten, door een bewoner van de woning, en dat niet krachtens een milieuwet vergunning- of meldingplichtig is. Hieronder wordt mede verstaan een bed and breakfast en een kleinschalige voorziening ten behoeve van kinderopvang. Hieronder wordt in ieder geval niet verstaan: een detailhandelsvestiging, een horecabedrijf, een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het bedrijf kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of prostitutie in welke vorm dan ook.
Een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf.
een bijzondere woonvorm waarbij boven dan wel beneden en of naast elkaar gesitueerde woningen in maximaal twee bouwlagen met kap zijn gebouwd, waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau gewaarborgd is niet zijnde een appartementencomplex.
Het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, financieel, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, persoonlijk, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of daarmee gelijk te stellen gebied, in de woning en de bijbehorende bouwwerken daarvan, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: het voeren van kappersactiviteiten, het voeren van een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het beroep kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een beroep in de prostitutie, in welke vorm dan ook.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
Een al dan niet doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een horecabedrijf dat is gericht op het hoofdzakelijk overdag (dat wil zeggen tussen zonsopkomst en zonsondergang, of, indien zonsondergang vóór 20.00 uur optreedt, tot 20.00 uur) verstrekken van dranken en etenswaren, zoals theehuisjes, paviljoens, ijssalons, croissanterieën, dagcafés, dagrestaurants en naar de aard en openingstijden daarmee gelijk te stellen horecabedrijven.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Onder detailhandel wordt tevens verstaan verkoop via internet, waarbij sprake is van publieksgerichte activiteiten in de vorm van een showroom en/of een afhaalpunt voor consumenten.
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij afnemers rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen.
Een meerdaags jaarlijks terugkerend en verplaatsbare georganiseerde gebeurtenis die meestal publiek is, maar ook besloten kan zijn.
Extensieve vorm van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen, vissen, picknicken en paardrijden, inclusief naar de aard en omvang daartoe behorende (overige) bouwwerken geen gebouw zijnde, zoals picknicktafels en informatieborden en voorzieningen zoals fiets- en voetpaden, vissteigers en kanostoepen (niet zijnde paardenbakken).
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
boven dan wel beneden en/of naast elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid, al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau, gewaarborgd is, niet zijnde een beneden-bovenwoning.
Hotel, restaurant, café, cafetaria of daaraan verwante inrichting waar tegen vergoeding logies wordt verstrekt, dranken worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt, een en ander tenzij uitdrukkelijk anders vermeld, met uitzondering van nachtclubs, discotheken, dancings of soortgelijke inrichtingen; onder horeca is in ieder geval niet begrepen een bed and breakfast en een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig gelegenheid wordt gegeven tot het verrichten van seksuele handelingen met een derde tegen betaling.
een bedrijf dat in hoofdzaak bestaat uit het verstrekken van nachtverblijf voor beperkte duur en waarbij het verstrekken van voedsel en dranken (daaraan) ondergeschikt is.
Eén of meer personen die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voeren, waarbij sprake is van continuïteit in samenstelling en onderlinge verbondenheid.
Onder de begane grondvloer, of, voor zover de begane grondvloer niet overeenkomt met peil, onder peil, aanwezige constructiedeel of -delen worden niet meegerekend voor zover die zijn gelegen binnen de denkbeeldig doorgetrokken buitenwerkse gevelvlakken (en/of harten van de scheidingsmuren) én voor zover niet rechtstreeks buiten de woning bereikbaar via een hellingbaan, trap of soortgelijke toegang.
Detailhandel tot een bruto-vloeroppervlakte van 200 m2.
Een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen team van deskundigen dat de realisatie van de Lakermaat kwalitatief begeleidt en plannen beoordeelt op basis van de beleidsregels 'kwaliteit gebiedsontwikkeling de Lakermaat Lengel'.
Een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,20 m boven het peil is gelegen.
De functie die ondersteunend is aan de primaire functie overeenkomstig de planologische bestemming van het hoofdgebouw. Bij een woning zal dat in het merendeel van de gevallen gaan om een garage/berging, bijkeuken, atelier, tuinhuisje, fietsenberging of hobbyruimte.
Een bouwwerk dat, voor zover gebouwd vóór (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, geen tot de constructie zelf behorende wanden heeft en, voor zover gebouwd achter (het verlengde van) de voorgevel van een gebouw, maximaal drie wanden heeft waarvan maximaal twee tot de constructie behoren.
De functie conform de planologische bestemming van het hoofdgebouw, bijvoorbeeld de woning.
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
Woning waarbij de achtergevel gedeeld wordt met een andere woning.
Een inrichting waarin bedrijfsmatig, of in de vorm alsof het bedrijfsmatig is, seksuele handelingen, dan wel in enige vorm erotisch-pornografische werkzaamheden worden uitgevoerd. Hieronder wordt begrepen:
Het al dan niet geheel afbreken van gebouwen en andere bouwwerken.
Een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen.
De analoge en digitale voorstelling van de in het bestemmingsplan opgenomen digitale ruimtelijke informatie.
Een bouwlaag van een gebouw gelegen boven de bouwlaag op de begane grond.
De oppervlakte van de verharding exclusief de oppervlakte van de bebouwing binnen het bouwvlak uitgedrukt in een percentage van de oppervlakte van dat vlak.
De totale binnenwerks gemeten oppervlakte van alle voor mensen toegankelijke ruimten binnen een gebouw.
De naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw, of,
Denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een hoofdgebouw en het verlengde daarvan.
Voorzieningen die het waterhuishoudingsbelang dienen, zoals watergangen, waterstaatkundige kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang e.d., voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waterafvoer, waterinfiltratie en waterberging; bijbehorende voorzieningen zoals bermen, paden, beschoeiingen.
Een complex van ruimten bedoeld voor de huisvesting van één huishouden en niet zijnde een woonwagen. Kenmerkend voor de woning is de aanwezigheid van eigen voorzieningen met in ieder geval een eigen toegang, toiletruimte, badruimte en een keuken met kooktoestel.
Huisvesting in een woning waarbij de bewoner(s) gezamenlijk één afzonderlijk huishouden vormen.
een gebouw bestaande uit meerdere woon(zorg)eenheden in combinatie met ondersteunende woonzorgfuncties in hoofdzaak ten behoeve van de bewoners van deze eenheden zoals voorzieningen en functies in het kader van de gezondheidszorg, dagbesteding, ondergeschikte detailhandel, ondergeschikte horeca, (publiekverzorgende) dienstverlening en gemeenschappelijke ruimtes zoals een woonkamer.
Een voor de huisvesting van personen bestemde woonruimte die is geplaatst op een woonwagenstandplaats en die in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.
Een gevel van een gebouw, die niet een voorgevel of een achtergevel is.
De meet- en rekenbepalingen uit artikel 22.24 van het omgevingsplan zijn van overeenkomstige toepassing op het meten van de waarden die in dit hoofdstuk in m, m2 of m3 zijn uitgedrukt, voor zover hiervan niet is afgeweken in het bepaalde in dit artikel.
tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van het bouwwerk, waar die afstand het kortst is;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
de diepte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van de scheidingsmuren;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, uitgezonderd dakkapellen;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein;
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, luchtbehandelingskasten, schoorstenen, liftschachten, installaties, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen en de aangegeven maximale bouwhoogten, niet meer dan 1,5 m bedraagt.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Groen.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Groen heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Het is verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze die niet ten dienste staat van de in 5.2 genoemde functies van de gronden.
Het is verboden om oppervlaktewater te gebruiken voor extensieve dagrecreatie.
Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, als bedoeld in 5.4.1 onder b gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het behouden en beschermen van een toereikende ruimtelijke kwaliteit bij de verlening van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, waarbij toereikend betekent dat wordt voldaan aan de normen die zijn neergelegd in de beleidsregels 'kwaliteit gebiedsontwikkeling de Lakermaat Lengel', dan wel (in het geval deze beleidsregels tussentijds worden gewijzigd of vervangen door andere beleidsregels) deze gewijzigde respectievelijk vervangende beleidsregels.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Natuur.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Natuur heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Het is verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze die niet ten dienste staat van de in 6.2 genoemde functies.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
Het verbod van 6.5.1 geldt niet voor:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 6.5.1 mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Tuin.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Tuin heeft de functie tuin,
een en ander met bijbehorende voorzieningen.
Het is verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze die niet ten dienste staat van de in 7.2 genoemde functies van de gronden.
Voor het bouwen van bouwwerken geldt het volgende:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Verkeer - Verblijfsgebied.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Verkeer - Verblijfsgebied heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Het is verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze die niet ten dienste staat van de in 8.2 genoemde functies.
Voor het bouwen van bouwwerken, als bedoeld in 8.4.1 onder b gelden de volgende regels:
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Water.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Water heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Het is verboden om gronden en bouwwerken te gebruiken op een wijze die niet ten dienste staat van de in 9.2 genoemde functies.
Het is verboden om oppervlaktewater te gebruiken voor extensieve dagrecreatie.
Voor het bouwen van bouwwerken, als bedoeld in 9.4.1 onder b gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
Het verbod van 9.5.1 geldt niet voor:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 9.5.1 mag alleen worden verleend indien door de uitvoering van de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en/of functies die het plan beoogt te beschermen, tenzij hieraan door het stellen van voorwaarden voldoende tegemoet kan worden gekomen.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Wonen.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Wonen heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting uitgesloten' is de realisatie van een ontsluitingsweg en/of in- en uitrit niet toegestaan, met uitzondering van voet- en fietspaden.
Het gebruik van de gronden overeenkomstig het bepaalde in 10.2 is uitsluitend toegestaan onder voorwaarde dat voldaan wordt aan de regeling in artikel 13.2.
Voor het gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van een beroep aan huis gelden de volgende voorwaarden:
Een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit bouwwerken wordt verleend als toepassing wordt gegeven aan de volgende regels:
In afwijking van artikel 22.7 wordt een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit bouwwerken alleen verleend als:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen van woningen gelden de volgende regels:
In afwijking van artikel 22.36 gelden voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken de volgende regels:
In aanvulling op en in afwijking van artikel 22.27 gelden voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde de volgende regels:
In aanvulling op artikel 22.27 onder c geldt voor het bouwen van dakkapellen de volgende regel:
Voor het ondergronds bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het behouden en beschermen van een toereikende ruimtelijke kwaliteit bij de verlening van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, waarbij toereikend betekent dat wordt voldaan aan de normen die zijn neergelegd in de beleidsregels 'kwaliteit gebiedsontwikkeling de Lakermaat Lengel', dan wel (in het geval deze beleidsregels tussentijds worden gewijzigd of vervangen door andere beleidsregels) deze gewijzigde respectievelijk vervangende beleidsregels.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen voor het gebruiksdoel Woongebied.
Een locatie die is aangewezen voor het gebruiksdoel Woongebied heeft de volgende functies:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen en werken.
Ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting uitgesloten' is de realisatie van een ontsluitingsweg en/of in- en uitrit niet toegestaan, met uitzondering van voet- en fietspaden.
Het gebruik van de gronden overeenkomstig het bepaalde in 11.2 is uitsluitend toegestaan onder voorwaarde dat voldaan wordt aan de regeling in artikel 13.2.
Voor het gebruiken van gronden en bouwwerken ten behoeve van een beroep aan huis gelden de volgende voorwaarden:
Een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit bouwwerken wordt verleend als toepassing wordt gegeven aan de volgende regels:
Een omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit bouwwerken wordt alleen verleend als:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen van woningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:
In afwijking van artikel 22.36 gelden voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken met een functioneel ondergeschikt gebruik (bijgebouwen) de volgende regels:
In aanvulling op en in afwijking van artikel 22.27 gelden voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde de volgende regels:
In aanvulling op artikel 22.27 onder c geldt voor het bouwen van dakkapellen de volgende regel:
Voor het ondergronds bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het behouden en beschermen van een toereikende ruimtelijke kwaliteit bij de verlening van een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk, waarbij toereikend betekent dat wordt voldaan aan de normen die zijn neergelegd in de beleidsregels 'kwaliteit gebiedsontwikkeling de Lakermaat Lengel', dan wel (in het geval deze beleidsregels tussentijds worden gewijzigd of vervangen door andere beleidsregels) deze gewijzigde respectievelijk vervangende beleidsregels.
Het gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ter plaatse van de bestemming 'Wonen' en 'Woongebied', is uitsluitend toegestaan wanneer is aangetoond dat het initiatief voldoet aan de eisen die worden gesteld in het kader van groen en biodiversiteit:
Het oprichten van gebouwen en/of gebruiken en/of laten gebruiken van gronden en bouwwerken ter plaatse van het besluitgebied, is alleen toegestaan indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, bouwdiepte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
In die gevallen dat de bestaande afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen minder bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt die afstand in afwijking daarvan als minimaal toegestaan.
In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
Voor het gebruik van gronden binnen de bestemmingen 'Wonen' en 'Woongebied' gelden de volgende regels:
Woongebied | Gezamenlijk geluid (in dB Lden) |
32 | 57 |
33 | 57 |
34 | 58 |
35 | 58 |
De locatie van woongebied 32, 33, 34 en 35 is grafisch weergegeven in bijlage 3 van deze regels.
Het is in ieder geval verboden om de gronden en bouwwerken te gebruiken ten behoeve van:
Voor het gebruik van gronden binnen de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied', 'Wonen' en 'Woongebied' voor evenementen gelden de volgende regels:
Met een maatwerkvoorschrift kan worden afgeweken van het bepaalde onder 14.2.1 om het tijdelijk gebruik van gronden voor langduriger evenementen toe te kunnen staan. Hierbij dient te worden voldaan aan het volgende voorwaarden:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 22.26 Omgevingsplan 'Montferland' verlenen in afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2:
Een omgevingsvergunning voor het afwijken als bedoeld in artikel 16.1 kan slechts worden verleend, mits:
De regels in dit artikel hebben voorrang op de regels in hoofdstuk 2 en 3.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangeduid als Leiding - Rioolpersleiding.
Een locatie die is aangeduid als 'geluidzone - industrie' heeft als functie de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van een inrichting als bedoeld in artikel 40 van de Wet geluidhinder.
Op de voor 'geluidzone - industrie' aangewezen gronden is het zonder omgevingsvergunning oprichten van nieuwe woningen en andere geluidsgevoelige objecten niet toegestaan.
De omgevingsvergunning zoals bedoeld in artikel 17.4.1 wordt alleen verleend als:
De regels in dit artikel hebben voorrang op de regels in hoofdstuk 2 en 3.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen als Leiding - Gas.
Een locatie die is aangewezen als Leiding - Gas heeft als functie de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse hogedruk hoofdaardgastransportleiding.
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
Het verbod van 18.5.1 geldt niet voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 18.5.1 mag alleen worden verleend indien:
De regels in dit artikel hebben voorrang op de regels in hoofdstuk 2 en 3.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen als Leiding - Rioolpersleiding.
Een locatie die is aangewezen als Leiding - Rioolpersleiding heeft als functie de aanleg en de instandhouding van een ondergrondse rioolpersleiding.
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden, uit te voeren:
Het verbod van 19.5.1 geldt niet voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een omgevingsvergunning als bedoeld in 19.5.1 mag alleen worden verleend indien:
De regels in dit artikel hebben voorrang op de regels in hoofdstuk 2 en 3.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen als Waarde - Archeologische Verwachting 2.
Een locatie die is aangewezen als Waarde - Archeologische Verwachting 2 heeft als functie het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Indien uit het in 20.4.1 onder a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het oprichten van het vergunde bouwwerk zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 22.26 Omgevingsplan 'Montferland':
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een omgevingsvergunning als bedoeld in 22.26 Omgevingsplan 'Montferland', winnen zij advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden te verrichten:
Het verbod van 20.5.1 geldt niet voor werken en werkzaamheden:
De regels in dit artikel hebben voorrang op de regels in hoofdstuk 2 en 3.
De regels van dit artikel zijn van toepassing op de locatie die in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.1955.opsglglwonlakrmaat-on01 is aangewezen als Waarde - Archeologische Verwachting 3.
Een locatie die is aangewezen als Waarde - Archeologische Verwachting 3 heeft als functie het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Indien uit het in 21.4.1 onder a genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het oprichten van het vergunde bouwwerk zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 22.26 Omgevingsplan 'Montferland':
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een omgevingsvergunning als bedoeld in 22.26 Omgevingsplan 'Montferland', winnen zij advies in bij de archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning de volgende werken en werkzaamheden te verrichten:
Het verbod van 21.4.1 geldt niet voor werken en werkzaamheden:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van dit plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in 22.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in 22.1.1 met maximaal 10 %.
Het bepaalde in 22.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel, maar zijn gebouwd zonder omgevingsvergunning en in strijd zijn met het omgevingsplan zoals dat gold voor inwerkingtreding van dit plan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met dit plan strijdige gebruik, bedoeld in 22.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dit plan strijdige gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in 22.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van dit artikel voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het bepaalde in 22.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het omgevingsplan voorinwerkingtreding van dit artikel, daaronder begrepen de overgangsbep
alingen.