direct naar inhoud van 3.2 Bodem
Plan: Bedrijventerreinen Montferland
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1955.bplggmtbdrmontflnd-on01

3.2 Bodem

3.2.1 Algemeen

Het bestemmingsplan staat geen nieuwe milieuhindergevoelige functies toe, maar legt voornamelijk de bestaande situatie vast met uitzondering van de in paragraaf 4.3 genoemde wijzigingen. In het kader van dit bestemmingsplan is dan ook geen verkennend bodem- en grondwateronderzoek uitgevoerd. Bij eventuele bebouwingsuitbreidingen, welke binnen de beheerskaders van dit bestemmingsplan mogelijk zijn, wordt via de omgevingsvergunning tot bouwen zorg gedragen voor een goede bodemkwaliteit.

Binnen het plangebied is een aantal locaties bekend met een lichte verontreinigingen, dat wil zeggen dat concentraties van met name zware metalen en/of koolresten (PAK) boven de streefwaarden zijn waargenomen. Deze waarden staan verdere ontwikkeling van de bedrijventerreinen echter niet in de weg. Deze locaties worden dan ook niet verder benoemd.

Naast de locaties met een lichte verontreiniging is er een aantal aandachtslocaties bekend. Hierbij gaat het om de ernstige gevallen van bodemverontreiniging. Dit omdat deze verontreinigingen zodanig omvangrijk (kunnen) zijn en gebruiksbeperkingen kunnen geven. Bij toekomstige ontwikkelingen en (graaf)-werkzaamheden zijn veelal maatregelen nodig en/of dient een melding te worden gedaan bij het bevoegd gezag. Het betreft percelen die een kadastrale aantekening kunnen hebben met eventuele gebruiksbeperkingen. Hieronder wordt per deelgebied een overzicht gegeven van de mate van ernstige bodemverontreiniging.

3.2.2 Deelgebied 1: Kollenburg

Ten behoeve van de bestemmingswijziging en inrichting van het bedrijventerrein Kollenburg is de bodem in 1994 onderzocht. Hierbij zijn, ten aanzien van de bodemkwaliteit, geen bijzonderheden naar voren gekomen.

3.2.3 Deelgebied 2: De Fluun

NS-terrein aan weerszijden van het spoor

Van het NS-terrein aan weerszijden van het spoor (Stationslaan/Parallelweg en Pittelderstraat) is bekend dat drie gevallen van ernstige bodemverontreiniging aanwezig zijn en één niet ernstig geval van bodemverontreiniging.

Bij wijziging van gebruik en/of graafwerkzaamheden is instemming van het bevoegd gezag (provincie) noodzakelijk.

Bergvredestraat

Bij rioolwerkzaamheden op de Fluun in 2010 is op het stuk grenzend aan de Bergvredestraat 1 stortmateriaal aangetroffen. Het stortmateriaal hangt waarschijnlijk samen met de NAVOS-locatie (090-007). Bij toekomstige graafwerkzaamheden dient hier rekening mee gehouden te worden.

Pittelderstraat 5

Ter plaatse van de Pittelderstraat 5 is een verontreiniging met vluchtige chloor-koolwaterstoffen (VCK) in het grondwater aanwezig (ernstig geval van bodemverontreiniging, kenmerk provincie GE021800073). De omvang van de verontreiniging is afgeperkt. In het grondwater worden van 3,5 tot 6,7 m diepte de interventiewaarden voor verschillende VCK overschreden. De streefwaarden worden overschreden tot een diepte van 23,5 m. De verontreiniging is 'gemeld' bij de provincie. Door de provincie is een 'Besluit vaststelling ernst en spoedeisendheid' genomen (nr. besluit 2011-006445). Het gaat hierbij om een niet spoedeisend geval van ernstige bodemverontreiniging. Op of nabij de bodemverontreiniging mag geen grondwater onttrokken worden, zonder instemming van Gedeputeerde Staten.

Bergvredestraat 8 en 10

Op de percelen Bergvredestraat 8 en 10 was voorheen Ketting Metaalwarenfabriek gevestigd. Volgens 'oud-ambtenaren' waren bij Ketting Metaalwarenfabriek zuurbaden aanwezig, waarbij vroeger de zuren in het riool geloosd werden.

Van het perceel Bergvredestraat 10 is geen omvangrijke verontreiniging bekend. De bodemsituatie op het perceel Bergvredestraat 8 (garagebedrijf Bos) is niet bekend.

Kruisstraat 5/Parallelweg 7

Op de locatie is een ernstig geval van bodemverontreiniging aanwezig met minerale olie en PCP. In 2011 is gestart met de sanering van de verontreiniging op "kosteneffectieve" wijze. Naar verwachting zal deze sanering begin 2012 (technisch) afgerond zijn, waarna de bodem voldoet aan bodemkwaliteitsfunctie 'wonen'.

Aangezien de provincie bevoegd gezag is, dient de saneringsevaluatie door de provincie goedgekeurd te worden.

3.2.4 Deelgebied 3: De Immenhorst, 't Goor, EBT

Industriestraat 6/Goorsestraat 5

Ter plaatse van de Industriestraat 6/Goorsestraat 5 is een omvangrijke en terreingrensoverschrijdende verontreiniging met vluchtige chloorkoolwaterstoffen (VCK) en minerale olie in het grondwater aanwezig (ernstig geval van bodemverontreiniging, gevalsnr. provincie GE020700087).

Bij wijziging van gebruik en/of graafwerkzaamheden is instemming van het bevoegd gezag (provincie) noodzakelijk.

Goorsestraat 14

Ter plaatse van de Goorsestraat 14 is een omvangrijke en terreingrensoverschrijdende verontreiniging met vluchtige chloorkoolwaterstoffen (VCK) en vluchtige aromaten in het grondwater aanwezig (ernstig geval van bodemverontreiniging, gevalsnr. provincie GE195500006).

Bij wijziging van gebruik en/of graafwerkzaamheden is instemming van het bevoegd gezag (provincie) noodzakelijk.

Industriestraat 1

Ter plaatse van de Industriestraat 1 is een verontreiniging met minerale olie in de bodem aanwezig. De verontreinigingen zijn (deels) gesaneerd. Voor de (rest)verontreinigingen zijn gebruiksbeperkingen aanwezig (ernstig geval van bodemverontreiniging, gevalsnr. provincie GE020700110).

Bij wijziging van gebruik en/of graafwerkzaamheden is instemming van het bevoegd gezag (provincie) noodzakelijk.

Industriestraat ong.

Nabij het trafogebouw aan de Industriestraat is een verontreiniging met minerale olie aanwezig. Deze verontreiniging is deels gesaneerd; een restverontreiniging van onbekende omvang is achtergebleven op het kadastrale perceel HBR00, sectie I, nr. 2745. Dit perceel ligt thans braak. Bij eventuele toekomstige ontwikkelingen, dient de verontreiniging gesaneerd te worden. Voor het overige deel van de sanering heeft de provincie ingestemd met de evaluatie van de sanering, waardoor de sanering als afgerond kan worden beschouwd.

3.2.5 Deelgebied 4: Matjeskolk

Zowel op het bestaande bestaande industrieterrein Matjeskolk als de uitbreiding hiervan zijn geen noemenswaardige verontreinigingen bekend.

3.2.6 Conclusie

Vooralsnog vormt het aspect bodem, vanwege het consoliderende karakter van voorliggend plan, geen belemmering voor de uitvoering van onderhavig bestemmingsplan.