Plan: | Buitengebied, Kruisallee 2_2a Wijnbergen en Braamtseweg 4 Kilder |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1955.bplgbgbfwokrl2bwg4-on01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
ea. afwijken van de bouwregels en/of de gebruiksregels:
een afwijking als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid, onder c van de Wet ruimtelijke ordening;
ka. bedrijf:
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen, dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, beroep aan huis daaronder niet begrepen;
kb. bedrijfsgebouw:
een gebouw dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
ma. beroep aan huis:
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, zakelijk, financieel, juridisch, (para)medisch, therapeutisch, persoonlijk, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of daarmee gelijk te stellen gebied, in de woning en de daarbij behorende bijgebouwen, met behoud van de woonfunctie in overwegende mate en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie verenigbaar is. In ieder geval wordt hieronder niet verstaan: het voeren van een baliefunctie die niet als ondergeschikt aan het beroep kan worden aangemerkt, een seksbedrijf of een beroep in de prostitutie, in welke vorm dan ook;
qa. biovergisting:
het vergisten van maximaal 35 ton dierlijke mest per dag, al dan niet in combinatie met andere organische stoffen, waardoor biogas ontstaat waarbij sprake is van dierlijke meststof als restproduct;
apa. kwekerij:
een agrarisch bedrijf gericht op het telen van bomen, heesters en/of struiken;
apb. mini-windturbine:
een (naar omvang en vermogen) kleine windturbine met een horizontale of verticale rotoras, die is gemonteerd op een gebouw en die wordt gebruikt voor kleinschalige opwekking en levering van elektriciteit achter de meter of aan een accu ten behoeve van eigen gebruik, met een maximaal vermogensbereik van 6 kW;
ara. niet-grondgebonden veehouderij(bedrijf):
een veehouderij(bedrijf) waarvan de agrarische productie voor het grootste deel afkomstig is uit de niet-grondgebonden veehouderijtak(ken), dan wel een veehouderijbedrijf met een intensieve veehouderij(tak);
arb. niet-grondgebonden veehouderijtak:
onderdeel van een agrarisch bedrijf dat beschikt over onvoldoende cultuurgrond om de dieren op het eigen bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen voor meer dan 50% van het benodigde voer te voorzien, dan wel een intensieve veehouderijtak;
aua. perceel:
een bij het Kadaster geregistreerd stuk grond;
ava. poel:
een al dan niet gegraven klein, stilstaand (ondiep) oppervlaktewater van natuurlijk materiaal in een meestal afgesloten laagte die gevoed wordt door kwel, regen, grondwater of water van het omringende land en natuur- en landschapswaarde heeft;
bia. wijziging:
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening;
Algemeen
Indien sprake van een bestaande woning:
Indien sprake van volledige nieuwbouw
bna. zonnepaneel:
bouwkundige voorziening (paneel of vlakke plaat) zodanig samengesteld om zonlicht op te vangen om daarmee elektrische energie op te wekken (fotovoltaïsche cellen), dan wel zodanig samengesteld om warmte van de zon te absorberen en te gebruiken (zonnecollector).
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
Bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, luchtbehandelingskasten, schoorstenen, liftschachten, installaties, gevel- en kroonlijsten, luifels, en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van de bouwgrenzen en de aangegeven maximale bouwhoogten, niet meer dan 1 m bedraagt.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
aa. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;
ha. landschappelijke beplanting die kenmerkend is voor het gebied, alsmede voor de natuur en op natuurlijke wijze ingerichte poelen daar waar dit uit oogpunt van natuurdoelstellingen wenselijk wordt geacht en waterhuishoudkundig mogelijk is, in beide gevallen uitsluitend voor zover de agrarische bedrijvigheid hierdoor niet wordt belemmerd;
hb. toegangswegen ter ontsluiting van percelen met een andere bestemming, zoals aanwezig ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan;
hc. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven;
met de bij het toegestane gebruik onder a en d behorende:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in de sublid 3.2.1, gelden de volgende regels:
Functie van een bouwwerk |
Goothoogte in m |
Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde als bedoeld in sublid 3.2.1, sub a, buiten het bouwvlak én niet zijnde kweekvijvers | - |
2 | - | - |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder 3.2.2 sub a ten behoeve van het bouwen van erf- en terreinafscheidingen tot een bouwhoogte van 2 m voor de voorgevelrooilijn van de woning, mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 sub 3.2.1 ten behoeve van het bouwen van bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde gedeeltelijk buiten het bouwvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen', mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.4, sub d, ten behoeve van het toestaan van een paardenbak gedeeltelijk buiten het bestemmingsvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen', mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 sub 'tb' ten behoeve van de realisatie van een nieuwe toegangsweg naar een perceel met een andere bestemming dan de bestemming 'Agrarisch' met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.1 onder k ten behoeve van het toestaan van zonnepanelen via een grondopstelling buiten het bouwvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen ', mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 13.
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
aa. biovergisting voor zover het betreft de verwerking van op het bedrijf geproduceerde mest en met dien verstande dat het restproduct op de tot het bedrijf behorende gronden wordt gebruikt;
ga. het instandhouden van de groenvoorzieningen en houtopstanden, ter plaatse van de aanduiding 'groen';
ja. bij de bestemming 'Wonen' behorende en begrensde erven.
met de bij het toegestane gebruik onder a, b, c, d en i behorende:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in de sublid 4.2.1 gelden de volgende regels:
Functie van een bouwwerk |
Goothoogte in m |
Bouwhoogte in m | Inhoud in m³ | Oppervlakte in m² |
andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde als bedoeld in sublid 4.2.1, sub a, buiten het bouwvlak én niet zijnde kweekvijvers | - |
2 | - | - |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 onder 4.2.2 sub a ten behoeve van het bouwen van erf- en terreinafscheidingen tot een bouwhoogte van 2 m voor de voorgevelrooilijn van de woning, mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2 sub 4.2.1 ten behoeve van het bouwen van bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde gedeeltelijk buiten het bouwvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen', mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.4 sub d ten behoeve van het toestaan van een paardenbak gedeeltelijk buiten het bestemmingsvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen', mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 sub ra ten behoeve van de realisatie van een nieuwe toegangsweg naar een perceel met een andere bestemming dan de bestemming 'Agrarisch met waarden' met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 4.1 onder l ten behoeve van het toestaan van zonnepanelen via een grondopstelling buiten het bouwvlak ten behoeve van de bestemming 'Wonen', mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 13.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen van bebouwing gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van (inpandige) bijgebouwen bij woningen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt de volgende regel:
Functie van het bouwwerk | Bouwhoogte (m) | Toegestane oppervlakte (m²) |
Erf- en terreinafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn van de woning | 2 | - |
Overige erf- en terreinafscheidingen | 1 | - |
Overkappingen aan de woning | 3** | 50* |
Vrijstaande overkappingen en pergola's, uitsluitend achter de voorgevel van de woning, en overkappingen aan bijgebouwen | 3*** | 50* |
Maximaal 1 hooiberg/hooimijt, uitsluitend minimaal 3 meter achter de voorgevel van de woning | 10 | 40 |
Bouwwerken voor duurzame energieopwekking door middel van zonnepanelen via een grondopstelling **** | 1,8 | |
Andere niet eerdergenoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, uitsluitend achter de voorgevel van de woning | 10 | - |
Afscheiding van een paardenbak | 1,5 | - |
*Overkappingen als onderdeel van het dakvlak van de woning of een bijgebouw worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen;
Overkappingen als onderdeel van een horizontale doortrekking van het dak buiten de buitenwerkse gevelvlakken, worden niet meegerekend bij de toegestane oppervlakte aan overkappingen voor zover deze geen steun vinden op palen of andere constructieve bouwdelen, dan wel deze zich bevinden op maximaal 2 meter uit het buitenwerks gevelvlak;
**Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen die deel uitmaken van het dak of dakvlak van een woning;
***Deze maximale hoogte is niet van toepassing voor overkappingen die deel uitmaken van het dak of dakvlak van een bijgebouw;
****Mits de omvang van de opstelling c.q. installatie niet groter is dan noodzakelijk om te voorzien in de energiebehoefte van het perceel en mits voorzien van landschappelijke inpassing door middel van streekeigen beplanting.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.4 sub a ten behoeve van het toestaan van een zelfstandige inwoningsituatie mits aangetoond dat wordt voldaan aan de bouwtechnische voorwaarden.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.4 sub c ten behoeve van het vestigen van een bedrijf aan huis, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het splitsen van een bestaande woning in twee zelfstandige woningen, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die gevallen als genoemd in Artikel 13.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het toestaan van nevengeschikte bedrijfsactiviteiten door het opnemen van de nadere aanduiding 'bedrijf', met dien verstande dat:
* (Voormalige of vrijgekomen) gebouwen die worden gebruikt ten behoeve van de bouw van praalwagens voor sociaal-culturele activiteiten worden niet meegeteld in de bestaande oppervlakte aan gebouwen waarover de sloopreductie wordt bepaald voor zover de specifieke behoefte daaraan wordt aangetoond en deze bedrijfsbebouwing gedurende een periode van ten minste 10 jaar voor dit gebruik beschikbaar wordt gesteld.
De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Het bepaalde onder 6.2.1 sub a dan wel aa geldt niet indien:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende andere werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 6.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
aa. indien de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden worden uitgevoerd voor het realiseren van een bouwwerk, waarop sublid 6.2 van toepassing is;
ca. voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd;
In de situatie als bedoeld in sublid 6.4.3, onder a, sub 2 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften aan de omgevingsvergunning verbinden:
De voor 'Waarde - Archeologische Verwachting 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Het bepaalde onder 7.2.1 sub a geldt niet indien:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit (archeologisch) onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Monumentenwet 1988 bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende andere werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het onder 7.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
aa. indien de werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden worden uitgevoerd voor het realiseren van een bouwwerk, waarop sublid 7.2 van toepassing is;
ca. voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd;
In de situatie als bedoeld in sublid 7.4.3, onder a, sub 2 kan het bevoegd gezag de volgende voorschriften aan de omgevingsvergunning verbinden:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bouwen langs wegen en water
Soort weg | Afstanden waarbinnen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd* |
Doorgaande gebiedsontsluitingswegen met bijbehorende parkeerstroken. Opstelstroken, fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 30 m |
Lokale stroomwegen met bijbehorende fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 20 m |
Fiets- en voetpaden, bermen en bermsloten | 10 m |
*De genoemde afstanden zijn loodrecht gemeten vanuit de as van de weg;
Tot een gebruik in strijd met deze regels wordt in ieder geval gerekend:
Tot een strijdig gebruik met deze regels wordt in ieder geval niet gerekend het gebruik van (voormalig) agrarische bedrijfsgebouwen ten behoeve van sociaal culturele activiteiten voor zover:
Ter plaatse van de aanduiding 'beslotenheid' zijn de gronden als bedoeld in Artikel 4 tevens bestemd voor de instandhouding en versterking van de beslotenheid van het landschap en de aanwezige houtopstanden.
Schema omgevingsvergunningen
Aanduidingen | Werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden | |||||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
beslotenheid | x | - | x | x | - | - | - | x |
x = omgevingsvergunning vereist
- = geen omgevingsvergunning vereist
Werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden:
Ter plaatse van de aanduiding 'GO-EVZ' zijn de gronden tevens bestemd voor bescherming, behoud, herstel of duurzame ontwikkeling van de ecologische waarden en kenmerken, alsmede het voorkomen van significante effecten op kernkwaliteiten en omgevingscondities, zoals beschreven in Bijlage 1 bij deze regels.
Schema omgevingsvergunningen
Aanduidingen | Werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden | |||||||
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | |
Overige zone - GO-EVZ | x | - | - | - | x | x | - | x |
x = omgevingsvergunning vereist
- = geen omgevingsvergunning vereist
Werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden:
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de landschappelijke (kern-)kwaliteiten, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van deze planregels:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van het omzetten van gronden met de bestemming 'Agrarisch' en/of 'Agrarisch met waarden' die zijn aangeduid met Overige zone - GO-EVZ' naar de bestemming 'Natuur' van het van het 'Bestemmingsplan Buitengebied', vastgesteld op 6 juni 2013 met inachtneming van de daarna vastgestelde herzieningen, mits:
Bij de voorbereiding van een besluit tot het stellen van nadere eisen op grond van het bepaalde in de regels van dit plan is de navolgende voorbereidingsprocedure van toepassing:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Bestemmingsplan Buitengebied, Kruisallee 2_2a Wijnbergen en Braamtseweg 4 Kilder'.