Plan: | Mr. Vermeulenstraat 2e fase- Loerbeek |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1955.BPbpsglbkwonmrverm-on02 |
Het plangebied ligt aan de zuidkant van de bebouwde kom van de kern Loerbeek. Het is omsloten door bebouwing grenzend aan de Didamseweg en de Mr. Vermeulenstraat. De Didamseweg is de hoofdontsluitingsweg van het dorp Loerbeek. Aan dit dorpslint is het merendeel van de woningen gesitueerd en is ingericht als een woonstraat. De Mr. Vermeulenstraat is een zijstraat van de Didamseweg en heeft een smal profiel.
In de huidige situatie maakt het plangebied onderdeel uit van het agrarisch gebied van Loerbeek, zie afbeelding 2.1. Het gebied heeft een oppervlakte van circa 7.400 m² en bestaat volledig uit grasland. In het gebied zelf bevindt zich geen bebouwing. In het westen komt de Mr. Vermeulenstraat als het ware uit op het plangebied. De westelijke grens wordt gevormd door een sloot. Onderstaande afbeeldingen geven een beeld van de bestaande situatie.
Het betreffende gebied bevindt zich in het waardevolle landschap met samenhangende eenheid van een hooggelegen stuwwalkern, met grootschalig besloten landschap met een krans van essen op de hellingen en een ring van dorpen en gehuchten aan de voet. Bovendien is er zicht vanuit de omgeving op de stuwwal.
Afbeelding 2.1: Bestaande situatie
Loerbeek heeft zich ontwikkeld als een bebouwingslint aan de Didamseweg. De woningen werden individueel gebouwd, meestal op grote kavels. Doordat de woningen op enige afstand van elkaar staan bepaalt het groen op de percelen voor een groot deel de beleving en worden onderlinge verschillen in de architectuur niet als storend ervaren.
De bestaande woningen hebben één laag met kap en zijn meestal voorzien van zadeldaken met rode of grijze pannen. Langs- en dwarskappen wisselen elkaar af. De dakhelling sluit aan op die van in de omgeving voorkomende agrarische bebouwing en is flauw. De woningen zijn gebouwd in een breed scala van gevelstenen. De aan- en bijgebouwen zijn meestal voorzien van kappen, maar er is wel een duidelijk onderscheid tussen de hoofd- en de bijgebouwen.