direct naar inhoud van 4.5 Flora en Fauna
Plan: Buitengebied, herziening 2011-1 (Eltenseweg 7-9 Stokkum)
Status: ontwerp
Versie: 2
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1955.bpsgskkwoneltenwg-on03

4.5 Flora en Fauna

De Flora en Faunawet schrijft voor dat bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen beschreven moet worden wat de gevolgen zijn voor flora en fauna. De wet bepaalt dat bij een ruimtelijke ingreep geen schade wordt toegebracht aan beschermde planten- en diersoorten. Duidelijk moet worden gemaakt dat er geen beschermde diersoorten worden verontrust, dat de nesten, holen of andere verblijfplaatsen niet worden vernield, beschadigd of verstoord en dat planten niet worden verwijderd van hun groeiplaats. In bepaalde gevallen kan ontheffing van de wet worden verleend, met name wanneer het aantasten van een aantal individuen geen gevolgen heeft voor "de gunstige staat van instandhouding van de soort".

De locatie is in de huidige situatie onverhard en in de directe omgeving zijn diverse houtwallen en houtsingels aanwezig. Het plangebied ligt op circa 200 meter afstand tot het Bergherbos (EHS natuur) en op circa 400 meter afstand van een EHS verbindingszone. De Gelderse Poort (Natura 2000-gebied) bevindt zich op circa 5 kilometer afstand. Aangetoond dient te worden dat met het initiatief geen natuurwaarden worden verstoord.

In december 2009 heeft hiertoe een natuurtoets plaatsgevonden. Het bijbehorende rapport is als bijlage aan deze onderbouwing toegevoegd. De conclusie van het onderzoek kan als volgt worden samengevat.

Conclusie

Beschermde plantensoorten zijn niet aangetroffen. Er zijn geen nesten of sporen van nesten van vogelsoorten met vaste verblijfplaatsen (bijvoorbeeld steenuil) aangetroffen. Er bevinden zich op de locatie ook geen geschikte objecten om er nesten in te bouwen.

Verder zijn er ook geen beschermde zoogdieren aangetroffen. Ook zijn er geen objecten waar beschermde soorten kunnen verblijven. Hetzelfde geldt ten aanzien van vleermuizen. Het terrein heeft een open karakter en is ook niet geschikt als jachtgebied voor deze dieren. Ten slotte vormt het gebied ook geen goed leefgebied voor amfibieën, reptielen en ongewervelden.

Geconcludeerd wordt dat aanvullend onderzoek of het aanvragen van een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet niet noodzakelijk is. Wel wordt geadviseerd om de werkzaamheden buiten het broedseizoen (tussen 15 maart en 15 juli) te starten.