| Plan: | Azewijn - Hartjenshof |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.1955.bpsgazwwonhartjens-or01 |
In verband met de voorgenomen bestemmingswijziging van de onderzoekslocatie aan de Leppestraat 9 in Azewijn zijn de volgende onderzoeken uitgevoerd:
In het bodemonderzoek uit 2006 is het terrein grotendeels onderzocht. Het tweede bodemonderzoek uit 2010 is uitgevoerd vanwege vergroting van het plangebied met circa 450 m2. Het asbest in bodem-onderzoek uit 2010 is uitgevoerd vanwege de aanwezigheid van puin in de ondergrond, waarbij asbest niet uitgesloten kan worden.
Situatie
Op het terrein is een bloemenkwekerij met kassen gesitueerd. Onder de entree naar de kwekerij zijn twee (gesaneerde maar niet verwijderde) brandstoftanks aanwezig: één HBO-tank van 3.000 l en één HBO-tank van 5.000 l. In de schuur nabij de entree van de tuinderij is een werkplaats aanwezig met een kleinschalige opslag van bestrijdingsmiddelen. De totale oppervlakte van het plangebied is 0,8 ha. De kadastrale gegevens staan gemeentelijk bekend onder BER02, sectie A, nrs. 746, 897, 898.
De onderzoeken zijn conform de geldende richtlijnen uitgevoerd en gerapporteerd. De rapporten zijn opgenomen in bijlagen 2, 3 en 4.
Onderzoeksresultaten
(geclusterde) Ondergrondse HBO-tanks
In de bodem bij de ondergrondse HBO-tanks zijn zintuiglijk geen verontreinigingen aangetroffen die wijzen op een verontreiniging met minerale olieproducten. In de ondergrond rondom deze tanks en in het grondwater zijn geen verhoogde gehalten aan minerale olie en vluchtige aromaten gemeten.
Bestrijdingsmiddelenopslag
In de grond en in het grondwater nabij de bestrijdingsmiddelenopslag zijn geen verhoogde concentraties aan OCB (= verzamelterm voor bestrijdingsmiddelen) gemeten.
Asbestonderzoek
Omdat in het bodemonderzoek uit 2006 bij boring 3 veel puin is aangetroffen van 0,3 tot 1,0 m-mv. en deze boring voortijdig is gestaakt, is een asbest-in-bodemonderzoek uitgevoerd. Hierbij zijn ter plaatse van en rondom boring 3 vijf proefsleuven gegraven, waarbij zintuiglijk is beoordeeld in hoeverre er asbestverdacht materiaal tussen het puin aanwezig is. Bij dit onderzoek is een zwakke bijmenging van puin in de bodem aangetroffen. Tussen de zwak puinhoudende grond zijn geen asbestverdachte materialen aangetroffen.
Overig (onverdacht) terrein
Bij veel boringen is een zwakke bijmenging van bodemvreemd materiaal in de vorm van puin, slakken, kooldelen, leisteen en asfaltresten waargenomen. Analytisch bevat de (zwak puinhoudende) bovengrond geen noemenswaardig verhoogde gehalten aan onderzochte componenten. In de ondergrond en in het grondwater zijn evenmin vermeldenswaardige overschrijdingen aan onderzochte stoffen gemeten.
Conclusie
In de bodem bij de ondergrondse HBO-tanks onder de entree naar het kwekerij zijn geen aanwijzingen voor een verontreiniging met oliehoudende producten aangetroffen. De tanks dienen door een erkende tanksaneringsbedrijf te worden verwijderd. Tanksaneringscertificaten dienen na verwijdering te worden overlegd aan de gemeente.
In het gebied rondom boring 3 (achterzijde percelen Leppestraat 11 en 15) is één boring voortijdig gestaakt vanwege het aanwezige puin. Bij het asbest-in-puinonderzoek uitgevoerd in 2010, is het puin niet in dezelfde mate opgegraven. Mogelijk is hier een lokale puinstort aanwezig van zeer beperkte omvang.
Indien bij toekomstige graafwerkzaamheden puin in grote hoeveelheden in de bodem aangetroffen wordt (een puin-afvalstort), dient men alert te zijn op de aanwezigheid van asbest(verdacht materiaal) en hier eventueel passende maatregelen voor te treffen.
Voor het overige zijn er voor de voorgenomen bestemmingswijziging en nieuwbouwplannen (wonen) geen milieuhygiënische belemmeringen aanwezig. Opgemerkt wordt dat voor vrijkomende grond binnen dit gebied de regels van Actief Bodembeheer (bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan) en/of het Besluit bodemkwaliteit gelden.